Benoeming algemeen directeurs Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België en Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie
Voor de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België is Kim Oosterlinck geslaagd voor de selectieprocedure georganiseerd door "werkenvoor.be" (het voormalige Selor). Hij zal benoemd worden tot algemeen directeur vanaf 1 juli 2024.
Kim Oosterlinck is Professor of Finance aan de Solvay Brussels School of Economics and Management (Université libre de Bruxelles). Hij is handelsingenieur, heeft een diploma kunstgeschiedenis en archeologie en een doctoraat in economie en management van de Université libre de Bruxelles (ULB). Na het afronden van zijn thesis deed hij een postdoctorale opleiding aan de Rutgers University (The State University of New Jersey), voordat hij van 2006 tot 2011 een voltijdse leerstoel in cultureel management aan de ULB aanvaardde. Zijn belangrijkste onderzoeksgebieden zijn de waardering van staatsobligaties, financiële geschiedenis en kunstmarktkwesties. Zijn werk over kunst omvat de impact van de ontdekking van vervalsingen op de kunstmarkt, reacties van de kunstmarkt op monetaire hervormingen, de commerciële strategie van kunsthandelaars, de beweegredenen van banken om kunstcollecties aan te leggen, kunstexpertise en de kunstmarkt tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Kim Oosterlinck heeft verschillende artikelen gepubliceerd over de Belgische, Britse, Nederlandse, Franse en Duitse kunstmarkten tijdens de Tweede Wereldoorlog en werkt momenteel aan een boek over dit onderwerp. Hij is momenteel medevoorzitter van TIAMSA (The International Art Market Studies Association) en lid van het bestuur van Wittockiana. Tot slot is hij sinds 2017 vicerector belast met prognoses en financiering aan de ULB.
Thomas Dermine, staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid: "We zijn verheugd dat Kim Oosterlinck ons bijna volledig vernieuwde team van directeurs bij de Federale Wetenschappelijke Instellingen komt versterken. De grootste uitdaging voor de KMSKB is om een nieuwe visie te ontwikkelen, zowel in het wetenschappelijk onderzoek dat door de KMSKB wordt uitgevoerd als in de manier waarop de collecties aan het publiek worden gepresenteerd, en dit zal in grote mate worden beïnvloed door de renovatiewerkzaamheden waarmee het museum de komende tien jaar zal worden geconfronteerd. De logistieke, menselijke en economische uitdagingen die dit voor de musea met zich meebrengt, zullen moeten worden aangepakt zonder evenwel onze basisopdracht uit het oog te verliezen: het presenteren van onze collecties aan een zo breed mogelijk publiek, zowel binnen als buiten onze muren.
Het Team van het KMSKB heeft het afgelopen jaar goed werk afgeleverd. De programmatie liep door, de heropening van het Magritte museum vond zonder enige vertraging plaats in oktober 2023, de tentoonstelling IMAGINE! Werd naar aanleiding van 100 jaar Internationaal Surrealisme geopend in februari 2024. Dit toont de veerkracht en de onophoudelijk inzet van het team aan. Deze positieve evolutie en herstel na de vertrouwensbreuk van het personeel werd ingezet onder het ad interim beleid van Sara Lammens. Ik wil haar dan ook uitdrukkelijk bedanken voor de rol die ze met talent en toewijding heeft vervuld gedurende meer dan 1 jaar.
Bij het Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie (BIRA) wordt Ann-Carine Vandaele benoemd tot algemeen directeur vanaf 1 mei 2024.
Mevrouw Vandaele is afgestudeerd aan de ULB in toegepaste/industriële wetenschappen, met een master burgerlijk ingenieur natuurkunde en een doctoraat als ‘doctor of engineering science’. Ze werkte al sinds 34 voor het BIRA, een carrière die haar op het hoogste wetenschappelijke niveau binnen de federale wetenschappelijke instellingen bracht. Haar meest recente functie was hoofd van het departement Zonnestraling in atmosferen. Mevrouw Vandaele heeft deelgenomen aan verschillende ruimtemissies en is naar aanleiding van de behaalde resultaten gevraagd om zitting te nemen in verschillende commissies binnen het ESA en andere internationale verenigingen. Mevrouw Vandaele behoort tot de Franse taalrol.
Ze wordt lid van het directiecomité van de POD Wetenschapsbeleid, waardoor een evenwichtigere verdeling tussen mannen en vrouwen wordt gegarandeerd. Met de benoeming van mevrouw Vandaele wordt de vierde vrouwelijke directeur aangesteld in de (tien) federale wetenschappelijke instellingen, naast de algemeen directeurs van het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK), de Koninklijke Bibliotheek van België en de recente benoeming van Géraldine David bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis.
Thomas Dermine, staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid: “Deze benoeming is het hoogtepunt van haar carrière binnen onze eigen wetenschappelijke instellingen. We zijn verheugd dat een vrouw aan het hoofd komt te staan van het departement die verantwoordelijk is voor ruimte-aëronomie, een domein dat zowel op de korte als op de lange termijn voor uitdagingen staat. De grootste uitdaging voor het BIRA is de noodzaak om zijn status als internationaal kenniscentrum in onderzoek naar ruimte-aëronomie in de breedste zin van het woord verder te versterken. Of dit nu is door de interne ontwikkeling van nieuwe meetinstrumenten voor lancering in de nabije atmosfeer, of naar verder weg gelegen bestemmingen, zoals ExoMars waarvoor nog steeds een alternatief wordt gezocht na de oorlog in Oekraïne. Het werk dat door de het BIRA wordt uitgevoerd, zou ook zichtbaarder moeten zijn voor het publiek.
Een belangrijke uitdaging is daarom om de zichtbaarheid van de activiteiten van het instituut te vergroten door middel van meer en beter gerichte reach-out en citizen science initiatieven.
Ik wil ook uitdrukkelijk Martine De Mazière bedanken, die de rol van algemeen directeur ad interim van het BIRA voor meer dan 12 jaar op zich heeft genomen. Tijdens de recente afwachting tot benoeming van Mevrouw Vandaele heeft Ronald Van Der Linden de functie a.i. drie maanden vervuld, waarvoor ik hem ook bedank.”
De benoemingen van Kim Oosterlinck en Ann-Carine Vandaele liggen in de lijn van de vele benoemingen die tijdens deze legislatuur werden afgerond.
Met deze benoemingen is het management van de tien Federale Wetenschapsinstellingen (FWI's) nu zowel wat betreft de taalrol als gender, opnieuw in evenwicht gebracht. De FWI's hebben nu 5 Franstalige en 4 Nederlandstalige algemeen directeurs, 4 vrouwen en 5 mannen.
Er is nog één functie van algemeen directeur die moet worden ingevuld, namelijk voor het Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën, en ook hier gaan we de laatste selectiefase in.